
Wintertip: Håholmen Havstuer Hotel
- posted in: Bijzondere Hotels, europa
- / with 1 comments
In het westen van Noorwegen, precies aan de kustlijn en de Altanterhavsvegen, vond ik een perfect hotel. Klein, gezellig, met een goede kok en… op een rots in de zee. Maak kennis met het Håholmen Havstuer hotel.
Ik bezocht het westen van Noorwegen in de zomer. Het was redelijk warm en er was geen wind. Na een dagje op verkenning aan de kust, kwam ik terecht op een parking bij het water. Ik moest de auto achterlaten en de boot opstappen. Hoewel ik nogal snel zeeziek word en dus geen fan ben van boten, was ik meteen enthousiast. Dit zou geen doorsnee hotel worden. Goodie goodie!
Op de zee
Met de speedboot was het amper enkele minuutjes tot aan het eiland van het hotel. Ik zeg eiland, maar bedoel eerder een paar met gras en mos begroeide rotsen in de zee. Precies groot genoeg voor een stevig hoofdgebouw en enkele kleinere huisjes, allen in die prachtige, Noorse stijl gebouwd.
Ik kreeg een klein hutje helemaal voor mezelf. Meer dan een bed en een badkamer was het niet, maar meer heb ik ook niet nodig. Ik dropte er mijn bagage en liep al meteen terug naar het hoofdgebouw, waar ik verwacht werd om te gaan vissen. Op haring.
Met veel moeite hees ik mezelf in zo’n oranje visserspak, niet gemakkelijk, en ging ik aan boord van de speedboot. Ik ving niks. Nog geen sprotje. Maar ik zag dolfijnen, voor de allereerste keer in het wild. En dat was al genoeg om de hele reis een succes te maken.
Na de uitstap op het water, schoof ik mijn voeten onder tafel om te genieten van de plaatselijke specialiteit: klipfisk. Of zoals wij het kennen: stokvis. Deze vis wordt gezouten en gedroogd, waardoor hij langer bewaard kan blijven. Voor het bereiden laat je hem een tijd in water wellen. Heerlijk zoutig en apart. En wie durft (zoals ik) proeft klipfisk zoals de Noren het eten: droog en uit het vuistje.
Zoals de Vikings het deden
Na het eten kreeg ik eindelijk de kans het eiland te ontdekken. De rotsen, de huisjes en de vuurkamer. In deze kamer, die nog precies is zoals ze in de tijd van de Vikingen was, is een verzamelplaats waar mensen kunnen babbelen en borrelen na het avondmaal. Er brandt een vuur en je borrelt er gezellig op los. Maar wat mij het meeste aansprak, waren de kamers in het hoofdgebouw. Deze kamers zijn immers bemeubeld met antieke meubels. Geen dikke matrassen en donsdekens hier, maar beddengoed en smalle, houten bedden uit lang vervlogen tijden. Hier slaap je als een Viking.
De volgende ochtend moest ik er helaas al weer vandoor. Ik maakte mij klaar om een laatste keer aan boord van de speedboot te gaan. Groot was dan ook mijn verbazing toen bleek dat ik in een Vikingboot moest stappen. Een replica, weliswaar, maar toch. Op een gezapig tempo voerde de Vikingboot mij tot aan de parking, waar de auto wachtte.
Voor ik vertrok, sprak ik nog even de manager, die mij nog snel deze tip meegaf: wie het hotel op zijn mooist wil meemaken, komt best in de winter, wanneer de stormen over de kust waaien en de golven op het eiland beuken. Dat moet angstaanjagend mooi zijn!
Veel hotels in Scandinavië hebben mij al weten te bekoren. Je vindt ze hier:
Hjelle Hotel in Hjelle, Noorwegen.
Bestebakken in Hafslo, Noorwegen.
Fängelset in Västervik, Zweden.
Geef een reactie